Nieuwjaarscolumn door David de Boer.
Alhoewel ze er sinds het begin van de winter staan, vierden ze enkele dagen geleden hun jaarlijkse hoogtijdagen: de enige echte Hollandse oliebollenkramen. In de winter inmiddels niet weg te denken uit het Nederlandse straatbeeld, wanneer op elk winkelpleintje een kraam verschijnt.
Een dergelijke kraam staat er zelden bescheiden bij. De relatief sobere varianten zijn vaak niet al te groot en houden het bij een kleine kraam met wat vrolijke krulletters boven de luifel. Deze staan veelal bescheiden op een naoorlogs winkelpleintje. Maar dan heb je de big guys: veel al in het centrum bij de entree van grote winkelstraten staan de meest groteske bouwsels. Mede door hun omvang (een gevel van meerdere etages hoog) lijken deze oliebollenkramen zo pontificaal mogelijk te zijn neer geplempt. Dan is er nog de entourage: gelige verlichting vanuit kroonluchtertjes boven de toonbank ofwel vanuit de lichtshow op de luifel. Neppe vakwerkmotiefjes omlijsten kneuterige Hollandse winter-scène op de zijkanten. Boven dit geheel prijken met krullerige koeienletters vaak de woorden: “Oud-Hollandsche Gebakkraam” al dan niet met s-c-h.
Begrijp me niet verkeerd, ik ben zeker niet vies van een oliebol uit zo’n kraam. Dat liever dan van die kleffe kanonskogels uit de supermarkt. Maar ik vind het fenomeen fascinerend. Dat geldt niet alleen voor de verschijning, maar ook de hele oliebollencultuur die met hen is ontstaan. Zo is er elk jaar natuurlijk de AD oliebollentest die een kraam kan maken of breken. Voor uw gemak nu ook in kaartformaat te aanschouwen; woont u in een slechte oliebollenbuurt? En men is solitair met de bakkers: ook al bakt ie er volgens het AD niks van, dan kan de lokale kraam op sympathie van de buurt (en BN’ers?) rekenen. Ook als er een kraam ontploft (gebeurt meerdere malen per jaar wegens oude gasleidingen of oliebranden), springen de buurtbewoners graag bij. Het blijkt dat het de oliebollenkraam is die zorgt voor de buurtcohesie: eat your heart out hippe, pop-up, urban farming projectjes!
Olliebollenkramen doen zich ouderwets voor, maar zijn wel degelijk actueel. Ze weten zich feilloos te mengen in de politieke discussie over wat de ‘Nederlandse identiteit’ is tussen de zwarte pieten en de paaseieren. Zo ontstond er een kleine rel in 2014 na een column in het Parool die blijkbaar dit stukje Nederlandse cultuur kapot maakte. ‘Ze’ wilden nóg meer van ons afpakken! De oliebol en de bijbehorende kraam veranderde ook zo in een van de laatste bastions van de ‘gewone Nederlander’.
Typisch Nederlands dus. Niet alleen de kneuterige ‘Hollandse gezelligheid’ die het winterstraatbeeld vormt, maar vooral dat we ook er ook zoveel over kunnen zeiken vanuit beide kanten. Daarmee bied ik dan ook mijn excuses aan en wens ik iedereen namens TOPOS een gelukkig nieuwjaar!
januari 2, 2017
Comentários